Een gewoon schoolkind, dat lacht, leert, straf krijgt. Maar met een kwetsbaar plekje in het innerlijk: het gemis van een vader of moeder, broer of zus. Het moet verder na verlies.Een aantal jongeren vormt samen een werk- en praatgroep om hun gevoelens van verdriet en rouw een plaats te geven. Ze vertellen elkaar hoe ze ermee omgaan, leren van elkaar en krijgen steun en begrip van elkaar. Ze willen graag hun lotgenoten en de mensen om hen heen tot steun zijn.